Coalition of the Willing & Able wordt geen praatclub
Transitiemanagers Atto Harsta en Chris Aerts: deze mensen moeten de kar gaan trekken
26 oktober 2025

De Bouwcampus is bezig met het formeren van een Coalition of the Willing & Enable. Een coalitie van maximaal twintig mensen die zich committeren aan een gezamenlijke missie: het toetsen én verder brengen van innovaties en maatregelen die de woningbouw versnellen. Transitiemanagers Atto Harsta en Chris Aerts hebben hierbij vooral geen zoveelste praatclub voor ogen. “Het is een coalitie die verantwoordelijkheid neemt voor een maatschappelijk probleem en daarmee ook aan de slag gaat.”
"Zestig man aan tafel, dat werkt niet," trapt Harsta het gesprek af. "We zoeken een compacte groep, divers van samenstelling, maar klein genoeg om echt met elkaar in gesprek te gaan. Whole system in the room: overheid, markt, kennis en financiers. Dan ontstaat er scherpte." Aerts vult aan: "We hebben het heel bewust niet over een klankbordgroep. Advies op afstand is te mager. Deze mensen moeten mee de kar trekken. Ze zijn niet alleen willing, maar ook able: bereid én in staat om ook zelf verandering te realiseren."
“
Deelnemers tekenen in feite voor een periode van inzet. Drie tot vier keer per jaar komt de groep bij elkaar in voltallige bezetting, tussendoor ontstaan kleinere teams die zich buigen over concrete thema’s: van financierbaarheid en verzekerbaarheid tot digitalisering of arbeidsmarkt. “Wat we nadrukkelijk zoeken,” zegt Harsta, “is dat deelnemers hun eigen invloedssfeer meenemen. Het gaat er niet om dat ze namens hun organisatie formeel beleid maken, maar dat ze hun kennis, netwerk en overtuigingskracht inzetten om opschaling mogelijk te maken. Als je bij ons aan tafel zit, lever je ook in je eigen praktijk een bijdrage aan de route naar 50 procent industrieel bouwen in 2030.”
Coalition of the Willing & Able
Maximaal 20 mensen, diverse rollen, één missie: woningbouw versnellen
Kapstok
Die 50 procent industrieel bouwen is volgens het tweetal dan ook de kapstok. Niet als doel op zich, benadrukt Aerts, maar als middel om de woningnood het hoofd te bieden en de bouw te versnellen. “We doen dit niet omdat fabrieksmatig bouwen zo leuk klinkt. We doen dit omdat het de enige manier is om sneller, betaalbaarder en duurzamer te bouwen met de mensen en middelen die we nu en straks hebben.”
Daarbij hoort ook een langere horizon, richting 2050, wanneer de gebouwde omgeving klimaatneutraal moet zijn. “De coalitie helpt ons toetsen of we op koers liggen, maar moet ook zelf interventies helpen ontwikkelen. Welke randvoorwaarden zijn nodig? Welke condities moeten we creëren zodat die versnelling écht gaat gebeuren?”
“
Wie denkt: “daar meld ik me even voor aan”, komt bedrogen uit. De Bouwcampus kiest gericht de profielen die nodig zijn: zoals gezegd iemand uit de financiële wereld, een bestuurder uit de corporatiesector, een wethouder, een hoogleraar met een frisse blik, een ondernemer die al meters maakt in industrialisatie.
Aerts: “Het is geen open oproep. We kennen de stakeholders, weten welke posities nodig zijn en gaan gericht uitnodigen. Natuurlijk kan iemand zelf interesse tonen, maar we zoeken vooral mensen die een essentiële schakel vormen.”
Echo-chamber
Belangrijk is dat de coalitie geen verzameling gelijkgestemden wordt. “Het mag geen echo chamber worden,” zegt Harsta. “We hebben ook mensen nodig die tegengeluid durven geven. Die zeggen: deze KPI gaat niks opleveren, of: jullie vergeten dit cruciale element. Kritisch vermogen hoort erbij, anders schiet je niks op.”
Die kritische blik is nodig omdat het programma tastbare doelen moet halen. Het Innovatie- en Opschalingsprogramma Woningbouw (IOP) waar de coalitie deel van uitmaakt, telt een enorme hoeveelheid aan activiteiten en programma-onderdelen. De Coalition of the Willing & Able is er daar één van, maar wel met een sleutelrol: zorgen dat innovaties niet stranden in pilots, maar uitgroeien tot standaard werkwijzen in de sector.
“
Hoewel de coalitie maximaal twintig leden telt, maakt ze deel uit van een veel grotere beweging. “Rond het IOP zijn straks tientallen mensen actief,” zegt Aerts. “Met regionale bouwstromen, City Deals en themalijnen. De coalition is daarbinnen een centrale kernclub die het tempo bewaakt en koers houdt.”
Die kernpositie vraagt ook inzet in de buitenwereld. “Als iemand zegt: industriële bouw, dat zijn toch containers?, dan hoop ik dat coalitieleden het gesprek aangaan, een fabriek laten zien, een wethouder meenemen. Opschaling lukt alleen als je het verhaal breed uitdraagt,” aldus Harsta.
Formeel stond 1 september in de boeken als startdatum. De praktijk is weerbarstiger, maar het doel is dat de eerste bijeenkomst in oktober plaatsvindt. “Dan hebben we nog niet iedereen compleet,” verwacht Harsta. “Maar met zestig, zeventig procent kunnen we beginnen. Het is een dynamische club: mensen kunnen instappen, hun rol vervullen en die later weer doorgeven.”
Neutraal
Belangrijk is dat de coalitie wordt georganiseerd vanuit De Bouwcampus in Delft. “Dat maakt het een neutrale plek,” zegt Aerts. “Geen marktpartij die domineert, geen overheid die de toon zet, maar echt een omgeving waar markt, kennis en overheid gelijkwaardig aan tafel zitten.” Dat neutrale speelveld vergroot volgens het tweetal de kans op open gesprekken en echte doorbraken. “We hebben de luxe dat we niet zelf woningen bouwen,” zegt Harsta lachend. “Wij creëren de condities zodat anderen dat beter, duurzamer en sneller kunnen doen.”
“
De vraag blijft hoe de coalition zich verhoudt tot andere programmalijnen van het Innovatie & Opschalingsprogramma Woningbouw. Wordt het een apart clubje of groeit het uit tot een overkoepelend instrument? Aerts: “Dat is nog niet in het hout vastgegroeid. We starten bij Programmalijn 1, maar misschien groeit het door naar het bredere ecosysteem. Voor ons maakt het niet uit waar het landt, als het maar doet wat nodig is.”
Urgentie
De urgentie is groot, benadrukken beide transitiemanagers. Het tekort aan vakmensen loopt op, terwijl de vraag naar woningen explosief groeit. Politieke keuzes blijven vaak hangen in algemeenheden, maar de coalitie moet zorgen voor concrete condities: financieringsmodellen, verzekerbaarheid, digitalisering, schaalbare productie. “Dit is geen praatclub,” benadrukt Harsta. “Het is een coalitie die verantwoordelijkheid neemt voor een maatschappelijk probleem. We hebben een enorme woningnood. Daar moeten we wat aan doen. En dat kan alleen als je lef toont én bereid bent je nek uit te steken.”
Meer artikelen uit deze editie
Je leest nu editie 5
Ontdek ook onze andere edities





