Woningbouw stokt door kosten, stikstof en netcongestie
IPO-rapport: helft van de geplande woningen dreigt te vertragen; stevige ingrepen noodzakelijk

De druk op de ambitie om tot 2030 bijna een miljoen woningen te bouwen loopt snel op. Nieuwe cijfers van het Interprovinciaal Overleg laten zien dat kostenstijgingen, stikstofbeperkingen en netcongestie de uitvoering zwaar vertragen. Provincies waarschuwen dat zonder extra steun van het Rijk een groot deel van de opgave vastloopt.
De woningbouwopgave stagneert door stijgende kosten, netcongestie en ruimtelijke beperkingen die vergunningen lastig maken. Meer dan 50 procent van de projecten heeft onrendabele toppen doordat de bouwkosten hoger zijn dan de opbrengsten. De bouw van ongeveer de helft van de geplande woningen, zo’n 500.000, dreigt te vertragen of stil te vallen. Ruim 50 procent van de locaties ligt binnen vijf kilometer van stikstofgevoelige natuur, waardoor vergunningen vaak niet kunnen worden verleend.
Ook provincies zien dat de uitvoering vastloopt. Na de bouw van circa 260.000 woningen in drie jaar vormen stikstof en netcongestie de grootste knelpunten. Meer dan 30 procent van de woningbouw heeft te maken met onzekerheid over stroomaansluitingen. Vooral in Utrecht, Flevoland en Gelderland is de kans groot dat vanaf 2027 woningen niet meer gebouwd kunnen worden. De IPO-voorzitter noemt het rapport zorgelijk, maar eerlijk, omdat het de omvang van de uitdaging blootlegt.
Daarnaast spelen beperkte investeringskracht van woningcorporaties en tekorten aan deskundigheid bij vooral kleine gemeenten een grote rol. Hierdoor komt minstens 50 procent van de resterende opgave verder in de knel.
Het IPO benadrukt dat stevige financiële en bestuurlijke ingrepen nodig zijn. Oplossingen liggen in financiële steun, juridische en planologische aanpassingen en technische innovaties. Genoemd worden: versnellen van gronduitgifte en stabiele grondprijzen, subsidies bij onrendabele toppen, maatregelen zoals natuurcompensatie of stikstofarme bouwmethoden, modulair of industrieel bouwen en slimme planning van infrastructuur en nutsvoorzieningen.
Provincies en gemeenten investeren zelf veel en benutten bestaande instrumenten, maar dit is onvoldoende. Minder dan 1 procent van de rijksbegroting is beschikbaar; er is minstens €4-5 miljard per jaar nodig. Volgens de betrokken gedeputeerde kunnen echte doorbraken alleen samen met het Rijk worden bereikt en laat het rapport zien waar het knelt en hoe er sneller stappen kunnen worden gezet.
Bron: Interprovinciaal Overleg - 23 oktober 2025
Duurzaam Gebouwd - 23 oktober 2025
Foto: Interprovinciaal Overleg

